print

COVID-19-huisartsenbarometer brengt raadplegingen voor luchtwegklachten in kaart

29-09-2020

De komende 6 maanden zal een “COVID-19-huisartsenbarometer” het aantal consultaties voor luchtwegklachten bij huisartsen beter in kaart brengen.

Die moet een duidelijk zicht geven op de COVID-19-situatie in de huisartsenpraktijken en een gepaste zorgverlening mogelijk maken doorheen de komende wintermaanden. De Nationale Commissie Artsen-Ziekenfondsen van het RIZIV heeft daarvoor het licht op groen gezet.

Op deze pagina:


Het doel: een duidelijk zicht op COVID-19 in de huisartsenpraktijken

De komende 6 maanden zullen de klassieke wintervirussen weer volop circuleren en zorgen voor allerhande luchtweginfecties.

Dit digitale teller wil de komende 6 maanden de consultaties voor acute luchtweginfecties, griepsyndromen en vermoedelijke of bevestigde COVID-19-infecties in de huisartsenpraktijken beter in kaart brengen. Deze barometer van Sciensano loopt in samenwerking met het RIZIV, de KU Leuven en de huisartsenverenigingen Domus Medica en SSMG.

Dat instrument zal de huisartsen toelaten om de COVID-19-pandemie in hun eigen praktijk en in hun omgeving of regio van nabij op te volgen. Dat moet toelaten om de zorgverlening aan vermoedelijke COVID-19-patiënten beter te kunnen afstemmen op de evolutie van de epidemie.

De praktijk: eenvoudig en snel

De nieuwe barometer telt het aantal consultaties voor luchtwegklachten bij huisartsen op basis van het elektronisch medisch dossier. Het softwarepakket van de huisarts berekent zelf de nodige cijfers. De arts kan die vervolgens eenvoudig doorgeven via een elektronisch formulier. Alles bij elkaar duurt dat ongeveer een minuut.

Op de website van Sciensano  staan er instructiefilmpjes voor alle courante medische softwarepakketten.

Een essentiële factor: maximale deelname van de huisarts

De barometer zal de belangrijke rol die de huisartsen spelen in het bestrijden van deze pandemie prominent in het licht zetten door een duidelijker zicht te geven op de situatie op het terrein.

Daarvoor is het natuurlijk essentieel dat zoveel mogelijk huisartsen deelnemen.
Voor deze bijkomende inspanning kunnen de huisartsen trouwens rekenen op een financiële compensatie van het RIZIV, gelinkt aan hun aantal meldingen per week.