print

Toegelaten werk voor een zelfstandige tijdens zijn arbeidsongeschiktheid

Bent u zelfstandige en wilt u tijdens uw arbeidsongeschiktheid werken? Dan moet u daar een toelating voor hebben aangevraagd en uw activiteit gemeld hebben, u hoeft echter niet op de goedkeuring te wachten om te starten. 
Hou er rekening mee dat het bedrag van uw uitkering kan verlagen.

Op deze pagina:

Wat doet u vóór u start met aangepast werk tijdens uw arbeidsongeschiktheid?

Ten laatste de 1e werkdag die uw werkhervatting voorafgaat:

  • Die werkhervatting aangeven bij uw ziekenfonds.
  • De adviserend arts van uw ziekenfonds een toelating vragen voor de uitvoering van deze activiteit.

Voorbeelden:

  • U wilt aangepast werk doen tijdens uw arbeidsongeschiktheid op woensdag 18 januari. U geeft die hervatting aan en vraagt hier ten laatste op dinsdag 17 januari de toelating voor.
  • U wilt aangepast werk doen tijdens uw arbeidsongeschiktheid op maandag 16 januari. U geeft die hervatting aan en vraagt hier ten laatste op vrijdag 13 januari de toelating voor.

Eenmaal u aan die formaliteiten hebt voldaan, kunt u al beginnen met het aangepast werk, nog vóór u de schriftelijke toelating van de adviserend arts van uw ziekenfonds hebt gekregen.

De adviserend arts heeft een maximumtermijn van 30 werkdagen, te tellen vanaf de hervatting van de activiteit, om u zijn schriftelijke toelating te bezorgen (zolang aan alle voorwaarden werd voldaan).

Hoe geeft u uw hervatting aan en vraagt u om toestemming?

  1. Vul het formulier in dat u bij uw ziekenfonds kunt krijgen. Met dit formulier geeft u uw werkhervatting aan bij het ziekenfonds EN dient u uw aanvraag  tot toelating in bij de adviserend arts.
  2.  Bezorg dit ingevulde formulier aan uw ziekenfonds (via de post of persoonlijk tegen afgifte van een ontvangstbewijs), ten laatste de 1e werkdag die uw aangepaste werkhervatting voorafgaat.

Dit formulier bevat verschillende vragen over uw situatie. Met deze antwoorden beschikt de adviserend arts over alle elementen om de aangepaste werkhervatting al dan niet toe te staan.

Welk werk mag u doen tijdens uw arbeidsongeschiktheid?

De adviserend arts van uw ziekenfonds gaat na welk werk u mag doen tijdens uw arbeidsongeschiktheid. Het werk mag natuurlijk niet gevaarlijk zijn voor uw gezondheid.

Waaruit bestaat de toestemming van de adviserend arts?

De toestemming van de adviserend arts moet de volgende elementen bevatten:

  • de aard van uw werk
  • het volume van uw werk
  • de eventuele voorwaarden voor de uitoefening van uw werk

Uw ziekenfonds bewaart de toestemming van de adviserend arts in uw medisch en administratief dossier op hun hoofdzetel.

Hoe lang mag u werken tijdens uw arbeidsongeschiktheid?

De toestemming is maximaal 2 jaar geldig en kan telkens vernieuwd worden voor een maximale periode van 2 jaar. 

De toestemming kan verlengd worden door:

  • de adviserend arts van uw ziekenfonds

of

  • een medewerker van het multidisciplinaire team: klinisch psycholoog, kinesitherapeut, ergotherapeut of verpleegkundige verbonden aan het ziekenfonds die de adviserend arts bij de evaluatie van de arbeidsongeschiktheid en de restcapaciteiten kan ondersteunen

Wanneer mag u beginnen te werken tijdens uw arbeidsongeschiktheid?

U kunt  de toelating krijgen vanaf de 2e dag van uw arbeidsongeschiktheid. De adviserend arts moet wel eerst uw arbeidsongeschiktheid hebben erkend op basis van alle noodzakelijke gegevens.

Verlaagt uw uitkering als u werkt tijdens uw arbeidsongeschiktheid?

Als u werkt tijdens uw arbeidsongeschiktheid, dan kan uw uitkering verlagen of volledig worden geschorst. Dit zijn de regels:

  • Vanaf de dag dat u aan het werk gaat tijdens uw arbeidsongeschiktheid tot het einde van maand 6: uw uitkering verlaagt niet.
  • Vanaf dag 1 van maand 7 tot het einde van het 3e jaar volgend op het beginjaar van het toegelaten werk: uw uitkering verlaagt met 10 %.
  • Vanaf het begin van het 4e jaar volgend op het beginjaar van het toegelaten werk tot …:
    het ziekenfonds bekijkt uw uitkering elk jaar opnieuw. Uw uitkering hangt af van uw beroepsinkomen van 3 jaar geleden (referentiejaar) dat u uit het toegelaten werk hebt verworven. Uw ziekenfonds vergelijkt dit inkomen met een grensbedrag.
    Er bestaat een formulier om dit beroepsinkomen aan uw ziekenfonds mee te delen.

Concreet zal uw uitkering:

  • niet verlagen als uw beroepsinkomen voor het referentiejaar het plafond niet overschrijdt.
  • verlagen als uw beroepsinkomen voor het referentiejaar het plafond met minder dan 15% overschrijdt. Uw dagvergoeding wordt dan verlaagd met een percentage dat gelijk is aan het percentage waarmee het maximum wordt overschreden.
  • worden opgeschort als uw beroepsinkomen voor het referentiejaar het plafond met 15% of meer overschrijdt.

Concreet voorbeeld:

U kreeg de toelating om een gedeelte van uw vroegere zelfstandige activiteit uit te oefenen vanaf 1 februari 2021.

  • Vanaf 1 februari 2021 tot en met 31 juli 2021 ontvangt u een volledige uitkering.
  • Vanaf 1 augustus 2021 tot en met 31 december 2024 verlaagt uw uitkering met 10 %.
  • Vanaf 1 januari 2025 tot en met 31 december 2025 hangt uw uitkering af van het inkomen dat u hebt verworven uit het toegelaten werk in 2022.
  • Vanaf 1 januari 2026 tot en met 31 december 2026 hangt uw uitkering af van het inkomen dat u hebt verworven uit het toegelaten werk in 2023.
  • Enz.

Contacteer uw ziekenfonds om na te gaan of uw uitkering wordt verminderd of geschorst.

Opgelet: uw uitkering verlaagt niet als u onbezoldigd werk van niet-professionele aard uitoefent
(bv. vrijwilligerswerk dat niet voldoet aan de voorwaarden van de vrijwilligerswetgeving of een werkstraf)

Contacten

Reglementering en geschillen - uitkeringen

Tel: +32(0)2 739 76 19

E-mail: reglemsidu@riziv-inami.fgov.be